En daarom heb ik dus niks met grijze vloerbedekking
Om 6.15 vanmorgen werd ik wakker. Veel te vroeg. Mijn witte gordijnen doen niet aan verduistering dus ik lag te baden in een oase van licht en moest aan gistermiddag denken. Toen lag ik met een vriend op het strand van Lemmer en out of the blue zei hij: ‘Saak! Jij wordt echt grijs!’ Ik moest lachen. Het klopt.
1 Februari 2001. Ik ben nog niet officieel afgestudeerd – dat doe ik 3 weken later – en stap hoopvol de werkende wereld binnen: het toenmalige Ministerie van Justitie aan de Schedeldoekshaven in Den Haag. Ik heb een werkplek op de 14e verdieping. Lange gang, veel dichte deuren. Wit glasvezel behang en grijze vloerbedekking. En wat draag ik? Een grijs broekpak want hey, grijs is mooi neutraal en past overal bij. Ik verbaas me over de onuitgesproken kunst aan de muur.
Razend enthousiast begin ik aan mijn eerste klus: een nieuwsbrief schrijven over de ontvlechting van het gemeenschappelijk beheer van het Openbaar Ministerie en de Zittende Magistratuur. En – jawel – over de richtlijnen van de Europese Aanbestedingen voor alle inkopers. Dit enthousiasme is binnen 2 dagen compleet gekilled.
Ik maak de afspraak met mezelf: als dit werken is, dan móet er een plan B komen. Dit kan ik gewoon niet. Toch stroop ik de mouwen van mijn grijze broekpak op en maak er het beste van. Dan maar huilend op de wc van ellende, doorzetten, want het wordt vast beter.
Het is 13,5 jaar later als ik voor de deur van het kantoor van mijn manager sta.
Weer een lange gang, weer wit glasvezelbehang en weer grijze vloerbedekking.
Ik ben anders. Spijkerbroek, hakken en mijn lievelings turquoise jasje.
Mijn lichaam schreeuwt om rust. Mijn hoofd weigert om na te denken over zaken die ik niet meer interessant vind. Mijn vingers vertikken het om nog mails te versturen. Het rode, knipperende lampje van mijn Blackberry maakt me boos. De lange vergaderingen zijn slopend. Het stilzitten en binnen zijn is klaar. Ik moet naar buiten. Ademen. Ruimte.
Met bonkend hart klop ik aan.
‘Binnen…’
En daar gooi ik het eruit: ‘Ik ben niet de juiste persoon voor deze functie. Ik wil dit niet. Ik weet niet wat ik wel wil, maar dit niet. Dus ik neem ontslag.’
Weer zit ik op de wc. Tranen van opluchting, bevrijding en blijdschap druppen op de vloer.
Tussen de grijze vloerbedekking en mij is het nooit meer goed gekomen.
Grijs haar vind ik leuk. Dat dan weer wel.
Herken jij jezelf hierin?
Weet je even niet hoe verder?
Of…… weet je het wel maar durf je de stap niet te zetten?
Ik kijk graag met je mee. Mail me om de mogelijkheden te bespreken.